Klik hier om WhatsApp te openen

Woningbouwsector kan te maken krijgen met een flinke dip

Minister De Jonge waarschuwt dat de woningbouwsector te maken kan krijgen met een aanzienlijke dip. De kabinetsdoelstelling om vóór 2030 900.000 nieuwe woningen te bouwen, wordt bemoeilijkt door factoren zoals een gebrek aan bouwgrond, stijgende rentetarieven en toenemende bouwkosten. Daarnaast is de vraag naar woningen groter dan verwacht. Voorspellingen wijzen op een daling van de woningbouwproductie in de komende jaren, met mogelijk zelfs een halvering van de productie van nieuwe woningen.

De problemen in de bouwsector zijn divers. De hoge rente beperkt het vermogen van woningzoekenden om grote hypotheken af te sluiten. De inflatie leidt tot hogere bouwkosten, waardoor het lastiger wordt om betaalbare woningen te realiseren. Daarnaast verloopt het vinden van geschikte bouwgrond en het verkrijgen van bouwvergunningen trager dan gehoopt.

Tegelijkertijd neemt de vraag naar woningen toe. De bevolking groeit snel, voornamelijk door migratie. Nieuwe prognoses worden verwacht en zullen hoogstwaarschijnlijk leiden tot herziening van het benodigde aantal woningen in de komende jaren.

Om de bouw van extra woningen te stimuleren, roept Minister De Jonge provincies en gemeenten op om alternatieve locaties te overwegen. Er worden gesprekken gevoerd om het bouwtempo op te voeren, en er is een extra financiering van een half miljard euro beschikbaar gesteld.

De Jonge streeft ook naar verkorting van de termijn voor het realiseren van nieuwe woningen. Momenteel duurt dit gemiddeld tien jaar, maar hij wil dit ten minste halveren door middel van de “Wet Regie op de Volkshuisvesting”, die momenteel in de consultatiefase is.

Waarmee kunnen we je helpen?