Minder vaak verhuizen als huis onder water staat
29 februari 2016
Huizenbezitters verhuizen minder vaak wanneer hun huis onder water staat. Huiseigenaren met onderwaarde verhuizen 26 tot 32 procent minder vaak dan huiseigenaren met overwaarde.
Dat is de belangrijkste bevinding uit een onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB) dat op 11 februari 2016 is gepresenteerd. Bij ‘onder water’ staan is de hypotheekschuld hoger dan de verkoopwaarde van het huis.
Onderwaarde vs. overwaarde
Het CPB onderzocht huishoudens in de periode 2006-2012. In die periode is een derde van de ruim vier miljoen huishoudens met een eigen woning ‘onder water’ komen te staan. Inmiddels is dat aantal gedaald tot een kwart (1 miljoen huizen dus). De belangrijkste bevinding is dat huiseigenaren wiens woning onder water staat minder vaak verhuizen. Enerzijds omdat zij kampen met een restschuld en die lastig te financieren is, anderzijds omdat zij niet willen verhuizen.
Restschuld financieren
Als het huis onder water staat en er is geen verhuiswens, dan is er niet veel aan de hand. De verwachting is dat de huizenprijzen blijven stijgen en veel woningen vanzelf weer boven water komen. Wie wel wil verhuizen en de eigen woning dus met verlies moet verkopen, blijft zitten met een restschuld. Deze restschuld is of af te lossen met eigen geld of in veel gevallen mee te financieren in een nieuwe hypotheek. Vraag daarvoor een offerte aan of bel naar 030 – 68 69 336.
Auteur: Janet de Vos
