Hoe stoppen we beleggers op de woningmarkt? SP heeft een idee!

21 maart 2018

Particuliere woningzoekers zijn – met name in de grote steden – steeds kanslozer tegenover de vastgoedbelegger, die huizen opkoopt om voor hoge bedragen te verhuren. Aan wie? Je raadt het al: de hiervoor genoemde consument die speurt naar een betaalbaar huis. Hoe kan de macht van de belegger worden ingeperkt?

Buy-to-let

In opdracht van de SP deden de Universiteit van Amsterdam en de Katholieke Universiteit Leuven onderzoek naar de rol van beleggers op de Nederlandse woningmarkt. Hieruit blijkt dat het zogenaamde ‘buy-to-let’ (kopen om te verhuren) in ons land tussen 2006 en 2016 fors is toegenomen, met maar liefst 75%. In Amsterdam is deze ontwikkeling het meest opmerkelijk, in 2016 viel 13% van de gekochte huizen in handen van investeerders.

Aanbevelingen

Wat moet er gedaan worden om de invloed die deze beleggers hebben op de oververhitte woningmarkt aan banden te leggen? Om te zorgen dat de Amsterdamse woningmarkt (o.a.) niet in handen blijft van het grote geld? De onderzoekers van de UvA en de KU Leuven en de SP geven een aantal aanbevelingen.

Woonplicht

Het zingt al langer rond in de (gemeenteraad)politiek: zou een woonplicht niet dé oplossing zijn? Dit betekent dat je als koper verplicht bent om zelf te gaan wonen in het aangekochte huis, of op zijn minst een familielid. Wethouder Ivens doet in Amsterdam al onderzoek of deze regel kan worden toegepast op de nieuwbouwsector.

Overdrachtsbelasting verhogen

Nog een andere oplossing wordt geopperd: verhoog de overdrachtsbelasting voor huizenkopers die hun onroerend goed willen verhuren. ‘In 2011 is de overdrachtsbelasting op woningen verlaagd van 6% naar 2% om de woningmarkt uit het slop te trekken. De woningmarkt draait inmiddels weer op volle toeren. Wij adviseren de overdrachtsbelasting op de eerste woning niet te verhogen, maar die op alle volgende woningen wél.’ Starters en gezinnen hebben zo een voordeel in het proces van bieden.

 

Auteur: Francis Boer