Geen vastgoedbeleggers meer in de grote stad

Wil jij een koophuis in een grootstedelijke omgeving? Dan word je dat waarschijnlijk knap moeilijk gemaakt door beleggers, die huizen opkopen voor de verhuur. Hier willen een aantal grote steden op korte termijn een stokje voor steken door een zogenaamde opkoopbescherming. Zo wordt de krappe woningmarkt toegankelijker voor de stadse starter.

Selectie van wijken

Op z’n laatst begin 2022 hopen een aantal steden te starten met opkoopbescherming. De verwachting was dat het invoeren van een dergelijk opkoopverbod heel veel tijd zou kosten, maar het lijkt mee te vallen. In Rotterdam, Den Haag, Eindhoven en Haarlem worden al wijken geselecteerd waar beleggers geen goedkope en middeldure panden meer mogen kopen om te verhuren, zo blijkt uit een rondgang van Het Financieele Dagblad.

Geen duurzame oplossing

Beleggers bekritiseren deze maatregel. Maar niet alleen vastgoedinvesteerders, maar ook De Nederlandsche Bank hekelt de ingreep. Zij voorzien dat deze ingreep de schaarste aan huurwoningen in de vrije sector vergroot. Hierdoor zullen huurprijzen alleen maar stijgen. De maatregel is geen duurzame oplossing voor de oververhitte woningmarkt in grote steden, zo redeneren zij.

Gemeentebestuurders zijn wél enthousiast. Woonwethouders van de zeven grootste steden van ons land willen de maatregel snel gaan inzetten. Er wordt al het een en ander voorbereid, nu is het alleen nog wachten op instemming van de Eerste Kamer later dit jaar.

Beleggerspercentages

Door de toegenomen financieringsmogelijkheden en de historisch lage rente werd er afgelopen jaren veel in woningen geïnvesteerd. Waar beleggers in 2017 nog 7,6% van de totale woningvoorraad in handen hadden, lag dit percentage vorig jaar oktober al op 8,4%. Vooral in grote steden zijn particuliere beleggers aanwezig. Ze kochten het afgelopen decennium maar liefst 25% van het aantal beschikbare woningen in de vier grootste steden op. In de laatste drie maanden van 2020 kwam zelfs 4 op de 10 te koop staande woningen in handen van beleggers.

Grote aanpassingen

Eerder werd gevreesd dat het opkoopverbod niet vóór 2023 zou kunnen ingaan. De invoering ervan vergt grote aanpassingen. Gemeenten moeten bijvoorbeeld bepalen wat precies goedkope en middeldure woningen zijn. Daarnaast moet goed onderbouwd worden waarom de ene wijk wél en de andere wijk geen opkoopverbod nodig heeft. In een aantal steden wordt dit al volop onderzocht, en bleek het minder tijd de kosten dan verwacht.

Het FD ontdekte dat van de 25 grootste gemeenten van Nederland alleen Haarlemmermeer de opkoopbescherming expliciet niet wil invoeren. Een aantal andere steden twijfelt nog en wil eerst meer onderzoek doen naar het gedrag van beleggers in hun gemeente.

Waarmee kunnen we je helpen?